Twee volwassen twitter vriendinnen: die weten wie je bent. De twee vlammend jonge schrijvers: zij kunnen met één welgemikt appje er heus wel achter komen wie Tina Weemoed is. De bekende uitgever die mij op Twitter volgt? Hij zal je bij geboortenaam kennen, het goud dat zijn redacteuren door de vingers glipte. Of de wrange nasmaak weghappen dat jouw keuze überhaupt niet op zijn uitgeverij viel.
Maar ik hoef niet te weten wie je bent. Een beroemde culinair columniste? Een schrijfster van thrillers? Ben je hoogleraar of nieuwslezeres?
Of wellicht ben je yogadocent net als ik. En vertik je in je les met harde piemels en ander gespuis te dealen. Je bent er voor je rust. Ja! Een verrekt goede reden om onder een pseudoniem te schrijven. Dus er zijn er die je kennen, maar ik koester het niet te weten. Laat mij fan zijn, een bewonderaar. Laat mij de geile vrouw zijn die in elk geval niet in jouw les mag komen.
Ik heb er vrede mee.
Want bij de Goden, wat een dijk van een boek heb jij geschreven in 2009. Maar één dat slechts mager erkenning kreeg, die niet in verhouding stond tot de risico’s die je liep en de mate waarin jij jezelf blootgaf. Wellicht had je keuze voor een pseudoniem ermee te maken. Het is makkelijker van iemand te houden, dan van iets. Een kwetsbare schrijfster krijgt een sympathy vote, een anoniem boek dat alle grenzen van goed fatsoen kapot beukt? Probeer daar eens van te houden. De recensent die Genade aanraadt, de studente die jou cadeau doet, de moeder van vijf die je boek deelt op Facebook, ik die nu over je schrijf: we gaan allemaal met de billen bloot. Dat we je graag lezen dat zegt iets over ons. Een onbenoembaar maar daarom des te angst aanjagender iets dat ten alle tijden geheim moet zijn. Een reden voor vervreemding en scheiding. Afsluiting. Opsluiting. Iets. Een reden ons te schenden.
Je zou wel gek zijn.
Ik heb lange tijd gedacht dat ik van erotica hield, net zoals ik lang heb gedacht dat ik van ouderwetse filmsterren hield. Dit misverstand was ontstaan doordat mijn eerste erotica boek Lieve Vogeltjes was, van Anais Nin. De eerste filmster was uiteraard Marilyn Monroe. De klassen apart dus. De onbetwiste koninginnen. Maar wanneer kom je daar achter? Nadat je vruchteloos droogloopt in de films van Dietrich en Bardot. Nadat je twee dozijn erotica voor vrouwen, door vrouwen, met vrouwen bij het oud papier hebt gesmeten jezelf bezwerend dat je er nooit meer in zou trappen. Om vervolgens bij de eerste aanbeveling weer rode oortjes te krijgen en de creditcard te trekken. Dán kom je er weer achter en word je weer teleurgesteld.
Ik hou niet van erotica, ik hou van Anais Nin. En de enige nog levende, legitieme, koningin van de erotica? Dat was ikzelf. Ongekroond. Alsof mij dat iets kon schelen. Wie had mij moeten kronen? De recensenten die dat aambeien boek met letterkundige precisie hadden geprezen? De uitgever die het burgerlijkheids epos 50 Tinten vertaald had? De erotische zoektochten waar wat mij betreft een lustkillend nekschot op stond omdat ze eindigden met hond of geit? Heleen van Royen? Lydia Rood? De Penthouse? Erotisch Nederland was een dierenrijk waar ik de taal niet van begreep. En zij de mijne niet. Hoewel Heleen van Royen met die ene anale verkrachting (de man was porno acteur en heette Romeo) nog het dichtst in de buurt kwam. Maar die scène was bedoeld als mislukking. Als dieptepunt. Dus nee, geen van allen dank je wel.
Achter de zeven bergen, in het land van de zeven dwergen, daar schreef ik. En ik was zeven maal geiler dan zij.
Ik schreef al een aantal jaren sporadisch erotica voor thuisgebruik, toen ik in 2010 begon voor mijn blog. Het tweede verhaal De Vreemdeling, was vergelijkbaar met jouw boek Genade. Alleen had mijn hoofdpersoon geen naam, en beperkte ik mij tot sfeertekeningen en flarden. Ik vertel verhalen, geen romans. Net als Anais Nin. Ook zijn mijn hoofdpersonages meestal single en kinderloos. Twee verhalen zijn daarop een uitzondering. Lang geleden, over een man en een vrouw die het na een zwangerschap voor het eerst weer doen. Dit verhaal stichtte zoveel verwarring dat het binnen 24 uur bij de opdrachtgever verwijderd werd. En Heimwee. Over een man die een nacht met ach….lees het zelf. Maar over het algemeen moet je bij mij dus niet aankomen met het scenario van het ongelukkige moedertje. Dat was ook waardoor ik Genade in 2009 vermoedelijk gemist heb. Want dat jouw Gusta tijdens een dolle studentennacht per ongeluk zwanger zou worden? Soi. Dat ze iets te lang zou blijven plakken bij haar universiteitsliefje? Overkomt de beste. Dat ze veel tijd aan haar werk besteedt? De kachel moet branden. Maar dat Gusta én trouwt én een IVF tweeling heeft én een carrière hooghoudt? Dat is voorbedachte rade. Gusta is haar halve leven bezig zichzelf maatschappelijk gewenst te gronde te richten. Een recensent had het over dat Gusta seksverslaafd was. Horse shit! Ze lijdt aan het burgerlijkheidsvirus, waar ze na twee decennia onderkoeling eindelijk uit wordt wakker gekust. En hoe Tina! De eerste 5 pagina’s zijn vuurwerk. Dat er daarna wat mij betreft tergend lang getafeld, gedraald, en gemiereneukt wordt. Dat vergeef ik je. Het is literatuur. Verveling heeft vast een functie en misschien zijn er ook wel mensen die het echt boeiend vinden te lezen hoe al die BN’ers elkaar hard doen, net niet meer doen, of culinair keuvelen over zout. Ieder zijn fetish, zogezegd.
Maar oh Tina, wat maak je het goed! Wat een zoete beloning staat de lezer te wachten die zich niet van de wijs laat brengen door het pagina’s lang huiselijk gekletter. Niet één keer. Meerdere keren laat je de spanningsboog instorten, een vrije val in grachtengordel ongeluk, totdat we samen met Gusta smachten uit ons lijden te worden verlost, hard en meedogenloos. We zouden haar villen en in haar eigen lavendelzout pekelen, als ze het waagde die verzengende roes van overgave en pijn te weigeren. We zouden die naald eigenhandig in haar rammen, de pijp in haar mond duwen. Of misschien waren het andere zaken. En gelukkig was het niet nodig. Want door welk trauma Gusta haar kleinzielige bestaan ook heeft opgebouwd (als je het hebt uitgelegd in het boek, dan heb ik het gemist. Zet het tussen de seks als je wil dat ik t lees….), ze lijkt er in elk geval overheen. Met grenzeloze overmoed treedt ze haar lusten en de man die ze kan vervullen tegemoed. Haar eigen ondergang. Wellicht. Ja, het laatste hoofdstuk mist. Don’t think we didn’t notice. Ik verdenk je er zelfs van dat je er nooit een letter van hebt geschreven, dat je wist dat de fantasie het werk wel af zou maken. En je had gelijk. Je einde is magistraal.
Vanmorgen keek ik in de spiegel. Ik zette voor de laatste keer mijn kroon recht. Ik wilde veel schrijven maar er zou geen biet van terechtkomen want jouw boek lonkte bij het ontbijt, jengelde bij de ochtend koffie, en oh ja, er kwam ook nog iemand langs. Maar iedere minuut die ik kon spenderen, en ook talloze die ik broodnodig had, slurpte ik je boek op. Tot ik mij overgaf, ging zitten, en ieder idee opgaf iets productiefs te doen tot ik je boek uit had. En ik las het uit. En ik moest het delen. Met de recensenten, uitgevers. Twitter. Ik gaf een yogales en op de fiets kregen mijn gedachten vorm dat ik je iets moest vertellen. “Ik begin nu met schrijven,” zei ik om 22.30. “Morgenochtend verder.” En ik wist dat ik loog en door zou schrijven tot het af was.
Heb jij ooit gedacht dat er een keuze was Tina? Wel of geen erotica? Inmiddels is het half twee hier. Wel of niet deze brief afbloggen. Wel of geen boek schrijven. Wel of geen seks hebben. Wel of geen anale verkrachting in de eerste vijf pagina’s van je literaire roman.
Laten we nou maar van Gusta leren dat je over sommige dingen helemaal niets te kiezen hebt.
Als ’t goed is.